15 DECEMBER 1980 2341 voorkomen van werkloosheid, het behoud van bestaan de werkgelegenheid, het bestrijden van werkloos heid en het aantrekken van nieuwe werkgelegenheid. Ik verwerp en blijf verwerpen dit is naar ik meen de unanieme mening van het college dat het alleen gaat om het opvangen van de gevolgen van de werkloosheid. Daar waar echter inderdaad sprake is van het opvangen van de lelijke gevolgen van de werkloosheid mag men dit mijns inziens toch ook plaatsen in het kader van hetgeen naar mijn mening strikt noodzakelijk is. Wanneer iemand als gevolg van buiten hem om gaande factoren buiten het arbeidsproces is geraakt, dan zie je langzaam een ontwikkeling ontstaan waarbij zich een gebrek aan motivatie manifesteert ten aanzien van het zich opnieuw op de arbeidsmarkt gaan bewegen. Met de BrlMrgelden wordt nu onder meer een project ge financierd dat je zou kunnen kwalificeren als het motiveren van mensen tot het opnieuw daadwerkelijk aan het arbeidsproces deelnemen, tot het opnieuw gaan solliciteren. Wellicht is dit een project waarbij de heer Eissens vraagtekens plaatst, maar naar mijn overtuiging is dit eveneens een project dat valt binnen het kader van het bestrijden van werkloosheid en het behoud van bestaande werkgele genheid. Bij dit project dat gericht is op het mo tiveren van mensen tot het opnieuw aan het werk gaan mag je mijns inziens zelfs mensen betrekken die ten aanzien van het deelnemen aan het arbeids proces als gevolg van het demoraliseringsproces volledig zijn gedemotiveerd. Je zult deze mensen niet alleen opnieuw moeten motiveren, maar hen ook moreel moeten wapenen tegen de uitingen van de door de heer Crul genoemde hetze. Hierover zal geen enkel misverstand bestaan, degenen die het slachtoffer dreigen te worden van een hetze moeten wij daartegen beschermen, wij zullen hen moreel zodanig moeten bewapenen dat zij er afstand van kunnen nemen en er zich tegen kunnen verweren. Hiermee ben ik meteen bij de heer Crul aange land. Ik begrijp helemaal niets van zijn opmerking

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2341