2342 15 DECEMBER 1980 bij het hoofdstuk werken aan het adres van deze wethouder, dat ik door de bomen het bos niet meer zou zien. Ik heb mij even afgevraagd of de heer Crul daarmee heeft bedoeld te zeggen, dat het werkgelegenheidsbeleid van deze gemeente terug moet naar dat van de jaren '30, toen de mensen letterlijk en figuurlijk het bos in werden ge stuurd. Dat kan ik niet of nauwelijks veronder stellen, ik denk veeleer dat de heer Crul heeft gezocht naar tenminste één lelijke opmerking in de richting van een V.V.D.-wethouder omdat zoiets nu eenmaal past in de politieke verhoudingen in deze raad. Vervolgens vroeg de heer Crul mij het gebrek aan samenwerking waarop ik heb geduid wat nader uit te leggen. Dat lijkt mij in een zo kort tijds bestek niet goed mogelijk, ik heb bedoeld te zeg gen dat er naar mijn mening maar ook naar de mening van het college en van de commissie econo mische zaken waarin wij hierover regelmatig pra ten te weinig coördinatie is tussen het gevoer de rijksbeleid en het regionaal economisch beleid, dat het begrip "groeistad" nog steeds een spraak makend begrip is in de gehele sector volkshuis vesting en ruimtelijke ordening, maar dat je met het begrip "groeistad" in de sector economische zaken bijkans niet uit de voeten kunt, terwijl er nochtans een heel duidelijke relatie ligt tussen de groei van de beroepsbevolking en het aantal met het oog daarop tot stand te brengen arbeidsplaat sen. Ik wil hierop nu niet verder ingaan, wellicht komen wij er bij de behandeling van het hoofdstuk nog op terug, Van mijn fractievoorzitter vond ik het een bijzonder prettige opmerking aan het adres van collega Paulussen hij gaf haar daarmee het vrij wel allergrootste compliment dat in deze kringen geldt dat zij gezien haar opmerkingen over het particulier initiatief wel een liberale wethouder had kunnen zijn. Van de heer Crul verwachtte ik ten opzichte van mijn woorden min of meer de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2342