236 28 JANUARI 1980 Een tweetal opmerkingen vooraf. Het zal een ieder duidelijk zijn dat het bij deze legesveror dening gaat om de vraag, wat er betaald zal moeten gaan worden. Men zou ook de stelling kunnen inne men dat er niets betaald zou behoeven te worden. Dan een opmerking met een zeer algemeen ka rakter, omdat door de heer Garritsen en anderen vrij regelmatig in dit huis wordt gesproken over de privacy. De heer Garritsen heeft dit nu opnieuw ter sprake gebracht en ik geloof dat wij het met elkaar eens zijndat de kwestie van de privacy bij zonder ingewikkeld en moeilijk te bepalen is. Het is in ieder geval een vraagstuk dat onze grootst mogelijke aandacht moet hebben. Ik heb in de com missie algemene zaken al eens kenbaar gemaakt dat er een zeer nauwgezette studie noodzakelijk is, hetgeen momenteel van de zijde van de gemeente mo gelijk is. Bij een vorige gelegenheid in de com missie algemene zaken heb ik gezegd dat wij hier erg veel aandacht aan schenken en dat een speciale commissie, onder voorzitterschap van de secretaris bezig is een en ander precies uit te zoeken. De ontwikkeling laat zich momenteel weliswaar niet volledig voorspellen, maar het is naar ik meen toch niet te gewaagd om met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid te veronderstellen dat dit uiteindelijk tot een verordening zal lei den. Nu worden in de artikelen 11 en 12 de heer Garritsen heeft zich in het bijzonder gestoten aan artikel 12 ten aanzien waarvan hier ook wijzigin gen worden voorgesteld de abonnementen geregeld ook voor commerciële doeleinden. Ik denk dat er zo'n 50 a 60 abonnementen zijn, speciaal voor de genen die ook vanuit commercieel oogpunt be langstelling hebben voor geboorte, huwelijk, on dertrouw e.d. Nu stelt de heer Garritsen in zijn motie voor eigenlijk is het bijna bedoeld als een .amendement op de legesverordening om de verordening zodanig te wijzigen, dat het verstrek ken van persoonsgegevens voor commerciële

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 236