16 DECEMBER 1980 2374 de- Zou dat wel zijn gebeurd dan ware het gezien l de gebeurtenissen in het geboorteland van de cul- in turele revolutie niet ondenkbaar dat een ge- j deelte van dit college nu in de beklaagdenbank zou ■t- hebben gezeten. Zoiets moet je natuurlijk altijd (jr proberen te voorkomen. Wij staan op het standpunt dat cultuur gemaakt en gedragen moet worden door de mensen zelf, de overheid creëert de mogelijkhe- de- ^en daartoe. Die maatschappelijke veranderingen ttje zijn in Breda volop aan de gang, maar ik zeg op en nieuw: je moet ze wel willen zien. Neem bijvoor- lat beeld de bibliotheek, vroeger een uitleenplaats :rin- van veelal voorgesorteerde boeken, nu een bruisend bij centrum waar alles maar dan ook alles te vinden is. ais Permanente educatie in optima forma.' Ik noem voorts ie de Beyerd met zijn nieuwe beleid, het bijna gerea- in liseerde Nieuwstraatcentrum waarin juist die groe- voor Pen die het maatschappelijk gebeuren zo nadrukke lijk volgen huisvesting geboden wordt. Dit alles nd gebeurt zonder andere vormen te verwaarlozen, ijde De stelpost culturele accommodaties wordt eite voor het eerst mede gevoed uit de vrijvallende ka- pitaalslasten uit de diverse begrotingen binnen zijn deze sector. Voor zover wij weten zijn deze gelden no- gereserveerd voor de accommodaties vermeld in de nota "Het licht op groen". Ook de wethouder zal bij zijn gesprekken met bestuursleden van amateur- Is verenigingen geconstateerd hebben dat juist in die sector een schreeuwende behoefte is aan betaalbare op ruimte, ruimte voor repetitie en voor uitvoering. van Om deze reden denken wij aan een amendement dat ur_ ik nu nog niet indien, maar bij het hoofdstuk e_ jeugd en sport inzake het uitbouwen van de ac commodatie Dreef 8 met een zalencomplex om het rijke en bruisende amateurgebeuren in Princenhage een grote verlichting te kunnen bieden. Op de ingediende motie wacht ik graag het t antwoord van het college af. Op voorhand wil ik al zeggen, dat deze motie mijns inziens totaal over trokken iswat overigens past bij het verhaal zo als de heer Oomen dat gehouden heeft. Waar wij er

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2374