16 DECEMBER 1980 2384 geweest, maar hij weet ook dat wij met onze be perkte middelen a.m.v.-integratie in het basison derwijs mogelijk hebben gemaakt door daarvoor ie mand aan te stellen. Voorts is het hem bekend dat wij een project kunstzinnige vorming in het basis onderwijs tezamen met de Beeldenaar hebben opge start en dat daarnaast nog vele incidentele acti viteiten plaatsvinden. Als dan de conclusies lui den, dat de reikwijdte te beperkt is geweest, het aanbod te incidenteel en misschien ook nog wel on voldoende afgestemd op de vraag of misschien te verbrokkeld is overgekomen, dat het aanbod kwalita tief te weinig onderbouwd is geweest of te beperkt door gebrek aan coördinatie en mankrachtdan kan ik de heer Oomen nog volgen, maar wanneer hij ver volgens zegt dat met ingang van 1981 nu eindelijk eens gestalte aan de beleidsvoornemens moet worden gegeven moet ik constateren dat dit zich niet ver houdt tot de daadwerkelijke afspraken en het be leid dat ik tezamen met de commissie cultuur daar op heb afgestemd. Dat mag naar mijn mening dan ook wel eens een keer gezegd worden. Erger vind ik het overigens, dat de motie, waar zij enerzijds is ge- ent op de nota "Van cultuur naar kuituur" en op het collegestuk "Formulering van hetgeen wordt na gestreefd", uiteindelijk toch in een andere rich ting gaat dan tot dusver altijd in de bedoeling heeft gelegen. In de eerste plaats heb ik pas met ingang van 1981 een bescheiden bedrag voor man kracht en activiteiten gekregen. Als nu in de motie wordt gezegd dat de hele rommel voor 1 april 1981 klaar moet zijn, dan wil ik daarop reageren met de opmerking dat ik er blij mee zal zijn als ik voor 1 april 1981 een man of vrouw daadwerkelijk in dienst zal hebben, laat staan dat ik voor die da tum een stedelijk plan op tafel zou kunnen leggen dat zo gedetailleerd zal zijn uitgewerkt als waar om door de heer Oomen in de punten 78 en 9 wordt gevraagd. Het ter tafel brengen van een zodanig gedetailleerd plan is voor 1 april 1981 compleet onmogelijk.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2384