2391
16 DECEMBER 1980
zelfstandigheid hebben en gaan samenwonen met on
der andere Attèl en Nationale Woningraad. Aan dat
verlangen naar zelfstandigheid zijn wij zelf wel
enigszins schuldig, doordat wij het kind betrekke
lijk vroeg wat teveel zakgeld hebben gegeven. Wij
moeten wel oppassen met die jonge, vroeg-zelfstan-
digen. Dit kind dient net als andere tot de leef
tijd van 21 jaar de regels van het ouderlijk huis
op te volgen. Daarvoor dragen wij de verantwoor
ding. Het dient zich in de maatschappij ook orden
telijk te gedragen en ondertussen geen naamsveranr
dering toe te passen met alle consequenties van
dien. Het werk goed doen en dat zeven dagen van de
week, waarover dan ook thuis verantwoording moet
worden afgelegd zoals is gebeurd in 1979. Met de
jongere broers en zusjes moet in de Haagse Beemden
ook correct worden omgegaan en de oudere broers
en zusters mogen niet verstoten geraken zoals in
Effen en de Heilaarstraat; misschien zijn er nog
wel meer die vergeten worden. Zij hebben als echte
kinderen hun financieel steentje bijgedragen om
het kind Casema op te nemen in de Bredase samenle
ving. De voorzitter van de commissie financiën
weet nog veel beter hoe het in Effen kan, ik denk
maar aan de o.g.b. die daar per hoofd van de be
volking wordt betaald. Het is treurig dat wij ons
aangenomen kind daar nog steeds niet hebben zien
werken, dat de bevolking daar nog niet met de kun
de van dit kind heeft kunnen kennis maken. Wij
verwachten dan ook niet anders dan dat in 1981 ge
heel Breda qua kennis en kunde met ons Casema-kind
zal kunnen kennis maken.
De heer DREEF: Van de heer dr. Schuring hebt
u zoëven gehoord dat hij de citaten die de heer
Oomen aanhaalde niet kon volgen. Wellicht kunt u
zich dan voorstellen wat de eenvoudige raadsleden
in onze fractie moeten meemaken! Bij mijn behande
ling van de nu aan de orde zijnde sector zal ik in
ieder geval geen ingewikkelde citaten gebruiken.
De deelbegroting van bedrijven, waaronder