2409 16 DECEMBER 1980 Ypelaar in deze versie als alternatief in het in kooptarief mee te nemen. De heer GARRITSEN: Op dit moment is men in derdaad met concrete studies bezig inzake de ri sico's die de gemeente Breda loopt. Wordt in dat kader ook het Centrum voor Energiebesparing ge raadpleegd? Wethouder BROOIMANS: In dit kader niet.' Getracht zal worden in januari de voorstellen met betrekking tot hetgeen ik zojuist naar voren heb gebracht af te ronden en ze in de vergadering van maart 1981 aan de raad voor te leggen. De heer DREEF: Artikel 15 is naar ik heb be grepen bij de besprekingen met de PNEM bekeken. Speelt de enorme aardgasprijsverhoging niet mee wat het van de zijde van de PNEM opnieuw ter dis cussie stellen van artikel 15 betreft? Wethouder BROOIMANS: De PNEM heeft artikel 15 niet ter discussie gesteld, dat hebben wij gedaan op grond van de door de raad uitgesproken vrees dat het met de clausule in artikel 15 van het con tract wel eens zou kunnen mislopen. De l.p.g.-kwestie De heer DE BROUWER: Ik krijg de indruk dat wethouder Brooimans de kwestie van de stadsver nieuwing hiermee heeft afgedaan, maar ik zou hem nog wel willen vragen om een reactie op de door mij gevraagde toezegging dat het Centrum voor Energiebesparing bij de evaluatie van het KEMA- rapport zal worden betrokken. Wethouder BROOIMANS: Het is, zoals ik heb ge zegd, naar de mening van het college een goede zaak ons steeds met de kwestie van de stadsverwar ming bezig te houden en het lijkt mij weinig zin vol nu met het Centrum van Energiebesparing over

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2409