16 DECEMBER 1980 2432 als voorlopige richtlijn zal gelden." Wij hebben hiermee erg veel moeite. Deze wethouder pleit steeds voor duidelijkheid en daarom vragen wij ons af waarom zij ons nu verzoekt nog geen standpunt vast te leggen. Het C.D.A. heeft wél behoefte aan duidelijkheid over de plaats van het particulier initiatief. Daarom willen wij de raad via een mo tie vragen erop aan te dringen dat die duidelijk heid wordt verschaft. Ik bied u die motie bij de zen aan. De heer HENDRIKSEN: Ik wil mevrouw Den Ouden bij interruptie een vraag stellen. Ik kan mij goed voorstellen dat in het C.D.A. een discussie wordt gevoerd over het particulier initiatief en ik ben daar ook blij om, Wel wil ik het C.D.A. vragen of het ook bepaalde eisen aan het particulier initia tief wil stellen, onder meer vanwege het feit dat er een grote hoeveelheid overheidsgeld in de rich ting van dat particulier initiatief gaat. Als het C.D.A. inderdaad eisen aan het particulier initia tief stelt, welke zijn dat dan? Mevrouw DEN OUDEN-JANSENIn de motie die wij hebben opgesteld staat duidelijk dat naar onze me ning ook toezicht op de juiste besteding van de aan het particulier initiatief verstrekte middelen moet plaatsvinden. Wij willen te zijner tijd daar over ook nader discussiëren, maar thans willen wij alleen duidelijkheid over de plaats van het parti culier initiatief in het kader van het beleid. De heer HENDRIKSEN: Wil het C.D.A. alleen toezicht op de besteding van de gelden laten uit oefenen of zullen er van die kant nog andere voor waarden worden gesteld? Dat is toch wel belangrijk. Mevrouw DEN OUDEN-JANSEN: Over die voorwaar den zal nog moeten worden gepraat, maar nu zijn wij zo ver nog niet.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2432