2467
16 DECEMBER 1980
van de heer Van Dongen dat er geen verstikken
de en technocratische structuren mogen ontstaan,
want dan zouden we snel klaar zijn. Ik meen ook
dat andere gemeenten inderdaad zo snel klaar zijn,
omdat zij geen fundamentele discussies hebben ge
voerd en niet tot het einde toe hebben geprobeerd
de mogelijkheden te vinden om gebruikers en groer
pen te laten meespreken en daaraan mede vorm te
laten geven.
Ik zal nader op de moties terugkomen nadat
in de fracties en in het college daarover een
standpunt is bepaald. Ik moet u verder zeggen dat
ik blijf bij mijn standpunt zoals ik dat namens
het college in eerste instantie als antwoord op
de algemene beschouwingen van het C.D.A. en de
andere fracties naar voren heb gebracht.
Vervolgens wil ik spreken over de formatie
plaatsen van het I.M.W. van de sociale dienst. Ik
ben er ontzettend blij om dat van de zijde van
het C.D.A. en andere fracties is gezegd dat eigen
lijk het maatschappelijk werk-aanbod van het par
ticulier initiatief en van de bijstands-maatschap
pelijk werkers, die het minimum-pakket van de so
ciale dienst moeten uitvoeren, zou moeten worden
uitgebreid. Ik vermoed dat dit erg veel belooft
voor de begroting 1982, in welk kader wij moeten
onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om, indien
uw raad hieraan zeer veel waarde hecht, dit aan
bod uit te bouwen. Het is evenwel ook mogelijk dat
de raad dit punt zo belangrijk vindt dat hij deze
begroting nog wil amenderen en bepaalde priori
teiten naar voren wil brengen.
In de richting van de heer Garritsen kan ik
zeggen dat wij over de portefeuilles heen hebben
gekeken, waarbij wij aan het item van huisvesting
voor sociaal zwakkeren uitdrukkelijk voorrang
hebben gegeven. Wij besloten prioriteit te geven
aan het bieden van een dak boven het hoofd.
De heer GARRITSEN: Deze terminologie vind ik
niet in de collegestukken.