2477 16 DECEMBER 1980 De heer VAN DE STEENOVEN: Ik wil uitsluitend nog iets zeggen over de algemene visie van de Par tij van de Arbeid ten aanzien van de financiële problematiek en de motie die daaruit is voortge vloeid, die al bij de algemene beschouwingen is ingediend. Ook de Partij van de Arbeid vindt dat de fi nanciële positie van de gemeente Breda op langere termijn nogal zorgwekkend is. De hoofdoorzaken zijn duidelijk, namelijk trendbreuk in de uitke ring uit het Gemeentefonds, het achterblijven van andere subsidies van het rijk en het achterblijven van de groei van de stad. Een en ander heeft ge leid wij kunnen dat zien in het meerjarenbeeld tot het verwachte tekort op de begroting voor de komende jaren. Onzes inziens mag dit echter niet betekenen dat wij bij de pakken gaan neerzit ten. Wij zullen moeten streven naar het consolide- ren van zo veel mogelijk bestaande uitgaven. De rek is uit de begroting en de oude bezuinigings- methodiek, zoals die het afgelopen jaar is gehan teerd, zal weinig meer opleveren. Wij zullen dan ook naar andere methodes moeten zoeken voor het sluitend maken van de begroting, waarbij toch nog een aantal nieuwe dingen zal kunnen worden gefi nancierd. Wij kunnen niet meer de methode volgen waarbij wij bezien of er 1 of 2% van de één of an dere post af kan, maar wij moeten ons nu gaan af vragen welke posten totaal kunnen afvallen. Dit is een pijnlijk proces en daarom zullen zorgvuldige en goed gefundeerde beleidscriteria moeten worden geformuleerd. In onze algemene motie hebben wij met name daarom gevraagd. Wij zijn dus ook niet van mening dat er al leen jnaar moet worden gesneden. Nieuwe probleemsi tuaties vragen nieuwe financiële middelen. Wel moeten wij voorzichtig zijn met het doen van nieu we uitgaven en het nemen van besluiten daartoe. Ook de nieuwe besluiten moeten worden gebaseerd op harde criteria, die aan de hand van een goede pri oriteitenafweging zijn opgesteld. Ook daarom

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2477