2481 16 DECEMBER 1980 doen zo lang het beleidsplan nog niet is gepresen teerd. Ik meen dat ik een dergelijke toezegging niet moet doen; mijns inziens zullen wij het werk doorgang moeten laten vinden. Wij moeten niet blijven stilstaan in dit proces tot een definitief standpunt over een aantal zaken, waarover wij niet alleen te beslissen hebben, tot stand is gekomen. Ik ga ervan uit dat het beleidsplan in het eerste halfjaar van 1981 in het bezit van de raad zal zijn, maar inmiddels moeten wij natuurlijk het proces gewoon voortgang doen vinden. De heer PEETERS: Ik vermoed dat de wethouder mij niet helemaal goed heeft begrepen. Het was niet mijn bedoeling te vernemen of er reeds een ontwikkeling en een proces met betrekking tot de decentralisatie op gang zijn gebracht. Ik verzoek met name uw college als vertegenwoordiger van de raad uw standpunt inzake mede-gebruik van micron electronica naar voren te brengen en daarmee niet te wachten tot het beleidsplan geheel gereed is. Wethouder VAN BANNING: Gelet op het feit dat wij niet alleen eigenaar zijn, meen ik dat dat be leidsplan in samenspraak tot stand zal moeten ko men. Bij de totstandkoming ervan zal ook de mede werking worden gevraagd van de representanten in het bestuur van het C.B.T. Ook de commissie van financiën zal ter zake daarvan op de hoogte worden gehouden. De heer Van de Steenoven heeft gezegd dat hii blijft afwijzen dat wij ons neerleggen bij het rijksbeleid. De vorige keer heb ik evenwel gezegd dat het zodra de gemeente onevenredig wordt belast, zaak is een protest te doen horen. In principe moet echter de lokale overheid de plannen van de centrale overheid volgen. Ik meen dus dat wij al leen in gevallen waarin onevenredige aanspraken worden gedaan in de richting van de gemeente een eigen geluid moeten laten horen. Daarvan is inder daad sprake in verband met onze status van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2481