2492 17 DECEMBER 1980 niet in behandeling moet komen. Dit blijkt uit de stukken die wij bij de behandeling van raads voorstellen ontvangen. Van dergelijke "tussendis- cussies" kan ik niets in de besluitenlijsten te rugvinden, terwijl ze toch soms zeer belangrijk zijn. Wat de minderheidsstandpunten betreft: bij de totstandkoming van het programakkoord is afgespro ken dat deze uitdrukkelijk zouden worden vermeld en zouden worden gemotiveerd. Het komt ons vreemd en onvolledig voor dat dit lang niet altijd ge beurt, en we zouden dan ook om meer aandacht voor dit punt willen vragen. Minderheidsstandpunten, van welke wethouder dan ook, zouden tot en met de raad staande moeten blijven. Ze zouden in de raads voorstellen moeten worden gemotiveerd en uitvoe rig moeten worden toegelicht, zodat de raad als hoogste gezagsorgaan in deze gemeente er een even wichtige beslissing over kan nemen. Mevrouw SAELMAN-BOELEN: Er zijn na de commis siebehandeling nog maar een paar onderwerpen over gebleven waarover we het graag even willen hebben. Voordat ik die onderwerpen aansnijd, wil ik graag iets aan het adres van de heer Oomen zeggen. Hij heeft gesproken over de openbaarheid van college vergaderingen en gezegd dat hij bepaalde voorstel len niet zal steunen, maar ik hoop dat het hem niet is ontgaan dat wij niet hebben gepleit voor openbaarheid van collegevergaderingen, maar louter voor toegankelijkheid van collegevergaderingen voor raadsleden, wat naar mijn mening iets geheel anders is. We hebben ook commissievergaderingen in beslo tenheid en daar zitten ook raadsleden in. De heer OOMEN: Juist daarom tekent de Partij van de Arbeid die motie niet. Wij vinden: je houdt openbare vergaderingen of je doet het niet. Het bevreemdt ons ten zeerste dat D'66 dat terugdraait. Beslotenheid is voor ons in principe alleen aan vaardbaar als het om strikt persoonlijke zaken gaat.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2492