2496
17 DECEMBER 1980
De heer GARRITSEN: Allereerst iets over de
openbaarheid van bestuur. Het zou naar mijn me
ning goed zijn ik heb dat ook in een ontwerp-
motie neergelegd als het dagelijks bestuur van
de gemeente in het openbaar zou vergaderen. Inmid
dels is duidelijk geworden dat mijn motie het niet
haalt, omdat de Partij van de Arbeid meer priori
teit geeft aan het collegeprogramma dan aan haar
eigen beginselen en haar eigen programma. Ik be
treur dit zeer, te meer daar het om een erg be
langrijk onderwerp gaat.
De fractie van D'66 komt met een motie waar
in erop wordt aangedrongen het alleen voor raads
leden mogelijk te maken de vergaderingen van het
dagelijks bestuur van de stad te volgen. Ik vind
dit een enigszins merkwaardige motie, want als je
voor openbaarheid kiest, moet dat openbaarheid voor
iedereen zijn. Op het ogenblik is de praktijk dat
er na afloop van een collegevergadering een be
sluitenlijst komt en dat in veel gevallen de pers
veel eerder dan de raadsleden geïnformeerd blijkt
te zijn over hetgeen zich in een collegevergade
ring heeft afgespeeld. Tegen deze achtergrond vind
ik het merkwaardig de pers of andere burgers van
de openbaarheid uit te sluiten en deze aan raads
leden voor te behouden.
Mevrouw SAELMAN-BOELENU gaat ervan uit dat
wij voor openbaarheid pleiten, maar dat doen wij
juist expresselijk niet, want anders zouden wij
uw motie ondertekenen. Wij kiezen niet voor open
baarheid.
De heer DREEF: Bij de m.c., gisteren, heb ik
dat niet gemerkt!
Mevrouw SAELMAN-BOELENDat is iets totaal
anders!
De heer GARRITSEN: In dit geval dus geen
openbaarheid voor D'66, maar als ik het beginsel-