2520
17 DECEMBER 1980
zet tot het aanpakken van de bestaande grote fric
ties tussen vraag en aanbod. Dit heeft onze grote
steun, maar als je dan tijdens de industriemiddag
van het B.I.C. over de ernst van de knelpunten
wordt bijgepraat, vraag je je als lid af "waar
zijn we mee bezig?". De problematiek wordt van de
gemeente naar het bedrijfsleven c.q. de werknemers
geschoven en omgekeerd, in het kader van de knel
punten. Uit de pers is onlangs nog gebleken hoe
het aanname-beleid bij de uitdovende ondernemingen
is. Verleden jaar hebben wij het al ingebracht:
hoe reageert het college op berichten in het kader
van sluitingen c.q. reorganisatie?
Wij zijn het eens met de kritiek van de wet
houder op het beleid van de minister van economi
sche zaken. Nu Breda groeistad is neemt de beroeps
bevolking toe, maar waar blijft de werkgelegenheid
Het wordt straks nog erger als de nieuwe plannen
van de bovengenoemde minister worden uitgevoerd;
het kabinet overweegt de selectieve investerings
regeling voor de randstad af te schaffen. Wat zou
den hiervan de gevolgen zijn voor het industrie
schap Moerdijk? De zwakke regio's zouden dan bij
bedrijfsinvesteringen bijna niet meer aan bod ko
men. Hier komt nog bij dat onze fractie er kennis
van heeft genomen dat in de periode 1980-1990 in
Brabant 100.000 nieuwe arbeidsplaatsen voor vrou
wen en mannen nodig zijn om de groeiende Brabantse
beroepsbevolking aan banen te kunnen helpen. Om
dit op te vangen is een gericht werkgelegenheid-
beleid voor alle instanties hard nodig. Uit een
rapportage van het E.T.I.N. blijkt dat er in heel
Brabant meer werklozen zijn dan in probleemgebie
den als Groningen, Zuid- Limburg en Drente.
Vaak is in deze raad en in de commissie ge
sproken over de industrieterreinen. Verleden jaar
is tijdens de begrotingsbehandeling daarover een
motie ingediend. Voorts neemt Breda nog deel aan
het BODEM-overlegeen instituut dat niet gestruc
tureerd is. Wij hebben daar altijd kritiek op ge
leverd en we zullen dat blijven doen. Tijdens de