2534
17 DECEMBER 1980
mische zaken worden wij geconfronteerd met de
vraag of wij bepaalde uitgaven ten aanzien van de
kermis kunnen goedkeuren. De inkomsten die daar
tegenover staan worden niet in de desbetreffende
stukken opgenomen en toen ik u om informatie daar
over vroeg hebt u gezegd: ik weet het niet, het is
wel veel, maar ik kan er verder niets van zeggen.
Wethouder SANDBERG: Dat is natuurlijk gewoon
niet waar. Ik heb niet gezegd dat ik er niets van
kon zeggen. Ik heb hoogstens geantwoord dat ik op
dat ogenblik helaas de begroting niet bij mij had
en dat ik geen exact bedrag kon noemen. Als ik dat
heb gezegd, moet u mij niet verwijten dat ik er
niets van kon zeggen, want ik kan natuurlijk óók
de bewuste bladzijde opzoeken, waarop de gegevens
te vinden zijn. Het enige is dat ik die gegevens
niet kon produceren op het ogenblik waarop u er
naar vroeg. Overigens heb ik bij die gelegenheid
duidelijk gezegd dat de commissie economische za
ken te oordelen heeft over de uitgaven -- ongeveer
33.000,voor het plaatsen van dranghekken,
openbare verlichting, geluidsinstallatie etcetera
en dat men in het kader van de budgettaire ca
paciteit bij de algemene middelen de inkomsten kan
terugvinden. Ik noem dat geen kwestie van niet wil
len, niet kunnen etcetera: de gegevens waren al
leen op dat ogenblik wellicht niet voorhanden, om
dat ik ook niet elke dag met dat boek onder mijn
arm loop!
Ik kom dan toe aan de vraagstelling van de
heer Garritsen. Kosten voor bedrijfsvestiging ma
ken wij natuurlijk wèl, maar van financiële steun
aan bedrijven is geen sprake. Hoogovens wordt naar
mijn mening door geen enkele gemeente gesteund. De
heer Garritsen doelt kennelijk op het sociaal sta
tuut van Rotterdam. Welnu, Rotterdam neemt in meer
opzichten een uitzonderingspositie in Nederland in
Rotterdam is de enige stad waar een echt sociaal
statuut, zoals bedoeld door de heer Garritsen, van
kracht is. Zeker in de steden met meer dan 100.000