17 DECEMBER 1980 2545 De bestemming van het g.t.s-terrein ligt naar onze mening nog geheel open. Wij zijn niet in het bezit van de financiële onderbouw van de be staande plannen en zolang dat niet het geval is, kunnen wij er ook geen uitspraak over doen. Rijksweg 58 het is de laatste dagen al ver schillende keren gezegd laat een trieste ge schiedenis zien. Bij iedereen zijn de technische aspecten wel bekend: ze zijn al zo dikwijls ter sprake geweest. Niet alleen de techniek echter speelt hier een rol. Wij kunnen ons indenken dat mensen, de gewone burgers, wel moedeloos moeten worden van het schier uitzichtloze vooruit schui ven van de aanleg van de nieuwe rondweg. Hoe vaak is niet de verwachting gewekt dat deze op een ge geven ogenblik gereed zou zijn! Eerst in 1983, toen in 1984 en wanneer nu? Wij hebben de mond vol over milieuverontreiniging in de natuur. Ook mensen zijn hier een onderdeel van; laten wij dat niet vergeten. De democratie en de gezagsorganen zijn er beide niet mee gediend als er geen knopen worden doorge hakt. Daarom doet onze fractie een dringend beroep op het college om deze kwestie nog eens op het hoogste niveau aan te kaarten. Wij hebben gemeend dit beroep in een motie te moeten vastleggen. Mevrouw Den Ouden-Jansen dient vervolgens de volgende motie in: "De raad van de gemeente Breda, in vergade ring bijeen op 18 december 1980, wederom geconfronteerd zijnde met de schier uitzichtloze situatie rond de problematiek van rijksweg 58, draagt het college op: de minister van verkeer en waterstaat wederom in Breda uit te nodigen teneinde tegen de achtergrond van de besluitvorming in de Tweede Kamer met het gemeentebestuur van Breda, het gemeentebestuur van Nieuw-Ginneken en de actiegroep zuidelijke rondweg een daadwerke lijk plan van actie op te stellen dat tot een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2545