2590 17 DECEMBER 1980 formele lijnen die rond het stadsvernieuwingsproces ces in eigenlijke zin lopen. Die vertraging heb ik er best voor over, wat overigens niet wegneemt dat we daarover afspraken zullen gaan maken. Op de tweede plaats ik zeg dit niet om een penalty te nemen en het kan zijn dat ik het mis heb leken de heren Hendriksen en de heer Garrit- sen de indruk te wekken dat er in stadsvernieuwings gebieden helemaal geen bal gebeurt. Ik zeg dan: in de Gerardus Majellawijk en in de Spoorbuurt-west gaat het proces gewoon door. In de commissie kun nen we daarop nog wel eens dieper ingaan. We gaan in ieder geval gewoon door met aankopen, met aan schrijven, met nieuwbouw de 71 woningen van Sint Laurentius en, gelukkig in overleg met me vrouw Paulussen, met de herhuisvesting van een aan tal bewoners. We zijn daar gewoon mee bezig. De heer GARRITSEN: Het gaat concreet om een aantal punten die via de nota's over het sociaal plan eigenlijk al lang bekend zijn. Punten als participatie, inspraak van de bevolking zijn niet nieuw. Dat er over dergelijke punten binnen het college nog geen duidelijke mening ligt, vind ik een uitermate slechte zaak. Wethouder VAN DUN: Dat moge zo zijn. Laat er dan geen mening liggen, maar laten we dan maar ge woon eerlijk tegen elkaar zeggen dat deze wethouder volkomen van mening verschilt met de uwe. Ik be drijf geen stadsvernieuwingsproces met de doel stelling van participatie. Doelstelling is het dak boven het hoofd en ik laat u zien dat er daken bo ven het hoofd worden gemaakt. Het is niet zo dat het, als er aan participatie wordt gedaan, mooi meegenomen is: participatie is een proces waarin we elkaar zullen moeten vinden. U imig best zeggen dat het stadsvernieuwingsproces niet van de grond komt doordat we niet uit de kwestie van de parti cipatie zijn. We zijn daar inderdaad niet uit, maar er gebeuren gewoon allerlei dingen en stadsvernieu-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2590