17 DECEMBER 1980
2591
wing is óók reëel bouwen, is óók reëel mensen een
fatsoenlijk dak boven hun hoofd geven. Dat bedoel
ik.
De heer GARRITSENHet gaat erom dat wellicht
de bouwkundige aspecten nu voortvarend worden aan
gepakt, maar dat juist aspecten als welzijnsvoor
zieningen niet aan de bak komen.
Wethouder VAN DUN: Goed, maar ik ben toch blij
dat er op het ogenblik hard wordt gewerkt aan het
welzijnsplan mevrouw Van Rooij heeft er een
vraag over gesteld voor de binnenstad van Breda.
Ik hoop dat het woord "broksgewijs", duidend
op een kleinschalige aanpak, op de juiste wijze
wordt geschreven.
De heer Van den Broek heeft mijn collega
Brooimans uitgenodigd de beplantingen over te
nemen.Hij weet dat ik mij daartegen met hand en
tand
De heer VAN DEN BROEK: U hebt het niet goed
begrepen. Ik dacht dat u het milieu erbij zou ne
men. Dat is dus precies andersom!
De VOORZITTER: Dat kan wèl!
Wethouder VAN DUN: Dan zal ik met de heer
Brooimans overleggen!
De heer Van den Broek heeft terecht gewezen
op een punt waarmee we veel te maken zullen krij
gen ook in het kader van de uitvoering van de
beleidsnota. Bij de benadering van buurten en
wijken waar een taakstelling voor zowel de diensten
openbare werken en beplantingen als de dienst jeugd
en sport ligt, zullen we de nodige structuren moe
ten vinden om elkaar in de activiteiten ter plaatse
bij de hand te houden en ten opzichte van de bewo
ners de duidelijkheid te bereiken waarover ik in
het begin heb gesproken.
Ook is de heer Van den Broek ingegaan op de