17 DECEMBER 1980 2603 de heer Van de Steenoven zich daarin zal kunnen vinden, open mag blijven, hebben we elkaar goed begrepen. Mede met het oog op de tijd ga ik niet in op de opmerkingen van de heer Ten Wolde over het ge mak waarmee raadsleden werkopdrachten aan het amb telijk apparaat en de wethouder kunnen uitdelen. Deze opmerkingen hebben mij overigens wel aange sproken. De heer Ten Wolde heeft naar mijn mening volkomen gelijk en ik hoop dat de dienst en het college wat flinker zullen kunnen zijn, door de raadsleden duidelijk te maken wat er niet kan, terwijl anderzijds naar mijn mening ook de raad zich de woorden van de heer Ten Wolde zou moeten aantrekken. De raad zal zich een zelfbeperking moeten opleggen bij het vragen van nota's, nadere studies en extra vergaderingen die we vaak met ons allen zo graag willen. Het hapt inderdaad zo mak kelijk weg! Ik denk dat ik de heer Ten Wolde bij de alge mene beschouwingen op het punt van het deskundi genteam tekort heb gedaan. Ook dat is naar ik aanneem een gevolg van het korte tijdsbestek. Ik heb begrepen dat de heer Ten Wolde heeft gespro ken over een team van deskundigen in het kader van allerlei alternatieve bouwvormen en goedkope oplossingen die op ons af komen. Voor alle duide lijkheid: wij beschikken intern over een dergelijk team van deskundigen. We hebben een groep die zich bezighoudt met de beroemde aluminium woningen, we hebben een groep die zich bezighoudt met concrete plannen op het gebied van goedkoop bouwen bin nenkort krijgt men er weer één voor de kiezen en daarnaast is er een groep die alle binnenkomen de informatie doorkrijgt, op een rij zet en be waart. Ik moet er echter op wijzen en ik denk dat de heer Ten Wolde daar ook naartoe wil dat het niet doenlijk is deze wetenschap in Breda al leen te houden en Breda metterdaad alleen onder zoekingen te laten instellen. Dit heeft ertoe ge leid dat ik een initiatief heb genomen, door de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2603