18 DECEMBER 1980
2643
programma voor de stadsvernieuwing voorgelegd en
daar vindt u natuurlijk de beleidslijnen in die
via nieuwe zaken zijn aangeduid. Ook de uitbrei
ding van kleinschalige accommodatie vindt u in die
opsomming.
De heer DE BROUWER: Het gaat alleen om de
kleinschalige accommodatie in de binnenstad. Over
de overige wijken wordt daarin niets gezegd.
Wethouder WELSCHENDan moet u het iets beter
lezen, maar de voorstellen van de heer Van Assel-
donk liggen in de lijn van het schrappen van de in
het "groene boek" op basis van die beleidsuitgangs
punten geformuleerde voorzieningen.
Met het oog op de tijd moet ik over de overi
ge onderwerpen erg kort zijn. Over Ypelaar nog het
volgende. Wij hebben uitvoerige besprekingen met
vertegenwoordigers van Ypelaar gevoerd en de situ
atie blijkt dezelfde als ten aanzien van Princen-
hage te zijn: we kunnen er iets en we kunnen niet
wat de buurt wil. Naar aanleiding van de opmerkin
gen over "stroef overleg" wijs ik erop dat het
overleg van onze kant uiterst correct is gepleegd,
zoals wij in de commissie aan de hand van data,
bewijzen etcetera zullen aantonen. Wanneer men
zegt dat er vanuit onze sector ten opzichte van
Ypelaar onjuist zou zijn gehandeld, werp ik dat
ver van mij af en ik zal ook in de commissie laten
zien hoe de gang van zaken is geweest. Intussen
hebben we goede afspraken om de voortgang te ver
zekeren en we proberen met de kleinschalige accom
modatie verder te komen.
De heer De Brouwer is nog ingegaan op de in
dicatoren waarop het college zich naar zijn mening
te veel baseert. Ik heb er steeds op gewezen en
van de kant van het college heeft men dat vaker
gehoord dat wij de indicatoren niet blind ge
bruiken. Wij weten redelijk goed dat er naast die
indicatoren vanuit de wijk een invulling moet ko
men, aangevende op welke punten de indicatoren
