2676
18 DECEMBER 1980
Gielen, Goos, Van Dun, Peeters, Veelenturf
en Kammeraat, mevrouw Paulussen, de heren
Van Banning, Brooimans, Eissens, Van Duijl,
Van den Broek, Hendriksen, Taks, Suurmeijer,
Garritsen en Schuring, mevrouw Den Ouden-
Jansen, de heren Römkens en Van den Wijngaard,
mevrouw Van Rooij-van den Heuvel, de heren
Ten Wolde, Neeb en Martens, mevrouw Elie-van
Es, de heren Van Asseldonk, Sandberg en Crul,
mevrouw Muntjewerff-van den Hul, de heren
Van de Steenoven, Van Dongen en Dreef.
TEGEN hebben gestemd: de heer De Brouwer en
mevrouw Saelman-Boelen.
De heer EISSENS: Mijnheer de voorzitter.
Zoudt u af en toe naar de fractievoorzitter van
D'66 willen kijken? Zij wilde een stemverklaring
afleggen, maar u zag het niet en dat vind ik toch
j ammer
Mevrouw SAELMAN-BOELEN: Het is een beetje
moeilijk dat er twee verschillende nummeringen
zijn. Ik had daardoor de juiste motie niet voor
mij
De VOORZITTER: Mijn excuses voor het feit
dat ik u het woord niet heb gegeven.
Mevrouw SAELMAN-BOELEN: Ik zou graag achter
af nog een verklaring afleggen. Onze fractie is
van mening dat het in strijd met de emancipatie
gedachte is als men ervan uitgaat dat er speciaal
vrouwenwerk zou zijn. In alle opzichten is steeds
verdedigd dat mannen- en vrouwenwerk gelijk moe
ten zijn en dat iedereen gelijke kansen moet krij
gen, maar nu wordt ineens gesteld dat er speciale
werkgelegenheid voor vrouwen zou moeten worden ge
creëerd. Daar komt nog bij dat men zich in deze
raad steeds zeer bezorgd uitspreekt over de werk
gelegenheid en dat tegen die achtergrond de vraag
kan worden gesteld of men het recht heeft zó sterk