2678
18 DECEMBER 1980
gevoerde stadsvernieuwingsbeleid zijn gedaan. Twee
leden van het college zijn van mening dat de motie
moet worden gesteund.
De heer CRUL: In de beschouwingen is duide
lijk naar voren gekomen welke bedoelingen wij met
deze motie hebben. Er zou wat meer daadkracht in
het stadsvernieuwingsproces moeten komen. Wij heb
ben de motie vooral bedoeld als een stimulerings
motie en daarom bevelen we de raad de aanvaarding
van de motie aan.
De heer GARRITSEN: De exacte invulling van
punt 7.6 "instelling commissie stadsvernieuwing"
is mij niet duidelijk. Mijn gedachten gaan meer
in de richting van een commissie volkshuisvesting.
De overige punten van de motie zijn echter van
dien aard, dat ik de motie toch wil steunen.
De heer TEN WOLDE: De heer Crul zegt wel heel
vriendelijk dat hij de motie als een ondersteu
ning van het huidige beleid ziet, maar wij zien in
de motie veel meer een afkeuring van dat beleid en
derhalve zijn wij er tegen.
Mevrouw SAELMAN-BOELENWij hebben eigenlijk
alleen maar behoefte aan een preadvies over de
beide nota's en aan een fonds stadsvernieuwing.
De overige punten van de motie vinden wij overbo
dig en we zijn tegen de instelling van een commis
sie stadsvernieuwing. Als er telkens commissies
bij komen, werkt dat alleen maar vertragend en
verhullend terwijl niemand meer enig zicht heeft
op wat er gebeurt. Er is al een scheiding tussen
de commissie ruimtelijke ordening en de commissie
openbare werken, die naar onze mening eigenlijk
zouden moeten worden samengevoegd. Wanneer we nu
ook nog een commissie stadsvernieuwing gaan in
stellen, zullen we eerst recht door de bomen het
bos niet meer zien.
Ik vind het jammer dat al die punten in één