18 DECEMBER 1980 2691 geschreven dat het in 1978 gesloten programakkoord pas in 1981 zijn effecten zal hebben. Als je in 1981 en 1982 iets op basis van het programakkoord wilt gaan doen, is het naar onze mening onverant woord nu weer de mogelijkheid te openen dat het programakkoord wordt bijgesteld. Op die manier voeren we helemaal geen beleid meer en dat is de reden dat minstens de drie C.D.A.-wethouders zich tegen de motie zullen uitspreken. Wethouder SANDBERG: Ik sluit mij wat de uit komst betreft, bij het betoog van collega Van Dun aan. Mijn argumentatie is iets anders. Ik sta dichter bij de woorden van mijn fractievoorzitter: naar mijn mening moet de beleidsanalyse eerder worden getoetst aan het program op hoofdlijnen dan andersom. We moeten de dingen niet omdraaien. Motie nr. 1, gewijzigd als hiervóór aangege ven, wordt hierna in stemming gebracht en met 26 tegen 12 stemmen verworpen. TEGEN hebben gestemd: de heren Gielen, Goos, Van Dun, Peeters, Veelenturf, Kammeraat, Van Banning, Brooimans, Eissens, Van Duijl, Van den Broek, Taks, Suurmeijer, De Brouwer en Garritsen, mevrouw Saelman-Boelende heer Schuring, mevrouw Den Ouden-Jansende heren Römkens en Van den Wijngaard, mevrouw Van Rooij-van den Heuvel en de heren Ten Wolde, Neeb, Van Asseldonk, Sandberg en Van Dongen. VOOR hebben gestemd: de heer Paquaijmevrouw Stutterheim-Edelingde heren Welschen en Oomen, mevrouw Paulussen, de heren Hendrik- sen en Martens, mevrouw Elie-van Es, de heer Crul, mevrouw Muntjewerff-van den Hul, de heren Van de Steenoven en Dreef. De VOORZITTER: Over motie nr. 2, die betrek king heeft op de kunstzinnige vorming en de educa tie zal wethouder Sandberg nog een opmerking maken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2691