2694
18 DECEMBER 1980
wetsontwerp waarmee de leegstand niet effectief
zou kunnen worden bestreden. Wij betwijfelen dat
en we hebben er het volste vertrouwen in dat de
regering met een effectieve Leegstandswet zal ko
men en dat zij druk met de voorbereidingen bezig
is. Op grond daarvan achten wij de motie overbodig
en als zij in stemming wordt gebracht zullen we
tegenstemmen
Wethouder SANDBERG: Na fractieberaad sluit
ik mij aan bij het standpunt van mijn fractie. Ik
wil mij graag onttrekken aan het oorspronkelijk
ingenomen collegestandpunt.
De gewijzigde motie nr. 18 wordt hierna in
stemming gebracht en met 32 tegen 6 stemmen
aanvaard.
VOOR hebben gestemd: de heer Paquaijmevrouw
Stutterheim-Edeling, de heren Welschen, Oomen
Gielen, Goos, Van Dun, Peeters, Veelenturf en
Kammeraat, mevrouw Paulussen, de heren Van
Banning, Brooimans, Eissens, Van Duijl, Van
den Broek, Hendriksen, De Brouwer en Garrit-
sen, mevrouw Saelman-Boelende heer Schuring
mevrouw Den Ouden-Jansen, de heren Römkens en
Van den Wijngaard, mevrouw Van Rooij-van den
Heuvel, de heer Martens, mevrouw Elie-van Es,
de heer Crul, mevrouw Muntjewerff-van den
Hul, de heren Van de Steenoven, Van Dongen
en Dreef.
TEGEN hebben gestemd: de heren Taks, Suur-
meijer, Ten Wolde, Neeb, Van Asseldonk en
Sandberg
De VOORZITTER: Aan de orde is motie nr. 20,
inzake de gemeenschapsaccommodatie Princenhage.
De heer EISSENS: Onze fractie heeft zich over
deze motie nog uitvoerig beraden. De wijze waarop
de wethouder zijn toezegging heeft gedaan, getuigt
naar onze mening van niet méér dan wat goed