285
7 FEBRUARI 1980
gebied mag de plaatselijke overheid nimmer tekort
schieten. Het vorig jaar hebben wij bij de algeme
ne beschouwingen in ruime mate aandacht besteed
aan het beleid met betrekking tot de politieDit
jaar zullen wij in afwachting van de beleidsnota
hieraan minder aandacht besteden.
Wij hebben veel waardering voor het optreden
van de politie, die vaak onder zeer moeilijke om
standigheden haar werk moet doen. Wij hebben daar
naast begrip voor sommige onlustgevoelens bij de
burgerijWij begrijpen, gezien de toenemende cri
minaliteit, het ontstaan van verwijten dat de po
litie niet voldoende doeltreffend zou optreden.
Wij zijn echter van opvatting dat de politie in
dit opzicht geen enkel verwijt treft en dat zij
met de beschikbare middelen al het mogelijke heeft
gedaan in het belang van de openbare orde. Van
groot belang is dat de politie zich gesteund weet
door het bestuur, ook door de raad. Wij zien met
belangstelling uit naar de beleidsnota met betrek
king tot de politie
Het welzijnsbeleid. Het welzijn in zijn alge
meenheid is bij uitstek het terrein waar de taak
afbakening tussen overheid en individu van uiter
mate groot belang is. Naar onze mening is de bele
ving van welzijn zeer sterk afhankelijk van per
soonlijke opvattingen; wij vinden dat de overheid
zich in dezen niet opdringend mag opstellen. Res
pect voor de opvattingen van anderen moet voor het
welzijnsbeleid de leidraad zijn. De overheid moet
de voorwaarden scheppen om het particulier initia
tief juist op dit gebied goed te laten functione
ren. Het particulier initiatief is immers op het
gebied van welzijn door zijn directe contacten bij
uitstek de organisatievorm om aan persoonlijke op
vattingen de meeste aandacht te besteden. Persoon
lijke opvattingen mogen nimmer worden onderworpen
aan algemeen geldende opvattingen.
'In de begroting van de gemeentelijke sociale
dienst is een enorme tendens te zien in de rich
ting van immateriële dienstverlening door de