31 24 JANUARI 1980 op, wat nog niet eerder is voorgevallen. Ik heet hem hartelijk welkom. Vervolgens wijs ik erop ik denk dat u al len daarmee van ganser harte zult instemmen dat aan de agenda een punt wordt toegevoegd. Het desbetreffende stuk hebt u op uw tafels gevonden: het gaat om een voorstel van burgemeester en wet houders om uit het budgetegalisatiefonds van de G.S.D. een bedrag van 240.000,ter beschik king te stellen ten behoeve van het M.A.I.C, voor de jaren 1980 en 1981. Ik hoop dat u bereid bent dit voorstel in behandeling te nemen. Afgelopen maandag is de discussie over een interpellatieverzoek van de heer Koertshuis on derbroken voor nader beraad tussen een aantal uwer over de situatie die toen ontstond. Mijn eerste vraag mag dan ook wellicht zijn,, tot welke gevol gen het beraad dat u ongetwijfeld hebt gehouden, heeft geleid. Ik denk dat ik daarover de heer Eissens allereerst het woord kan geven. De heer EISSENS: Ik wil daarover zeker wel iets opmerken maar het lijkt mij beter in eerste instantie naar mijn collega van de V.V.D. te kij ken, die wellicht iets tot mijn fractie zou wil len zeggen. De VOORZITTER: U had om schorsing van de discussie gevraagd. Ik denk dat nu aan uw zojuist uitgesproken verlangen zal worden voldaan en ik geef daarom het woord aan de heer Ten Wolde. De heer TEN WOLDE: Er is maandagavond nog tot diep in de nacht overleg gepleegd over de si tuatie die was ontstaan. Wij hebben in onze eigen fractie en met de C.D.A.-fractie uitvoerig over die situatie gesproken. Onze fractie is uiteinde lijk tot de volgende conclusie gekomen. De V.V.D.-fractie betreurt het dat het debat in de raadsvergadering van maandag 21 januari 1980 over haar verzoek tot het houden van het in terpellatie met betrekking tot het M.A.I.C. een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 31