12 FEBRUARI 1980 .321 woonwagenbewoners, het totstandbrengen van de Stichting Gezinszorg Breda, één van de best ge outilleerde en uitgebouwde voorzieningen in Bra bant, het geven van leiding aan de herstructure ringsprocessen op het welzijnsterrein die leidden tot de huidige Stichting Buurt- en Wijkopbouwwerk Breda, de realisering van de Stichting Werkzoeken den voor Werkzoekenden en de belangrijke uitbrei ding van het sociaal-cultureel werk voor werklozen, de aandacht voor en uitwerking van de sociale as pecten van de stadsvernieuwing, de activiteiten ten aanzien van de sociale werkvoorziening, het uitbouwen van het functioneren van de sociale dienst en de realisering van de nieuwbouw, zijn intense belangstelling voor de gemeentelijke ge zondheidsdienst en het mede begeleiden van deze dienst naar het stadsgewest. Hij bevorderde de uit bouw van een goed, eigentijds personeelsbeleid bij de gemeente, hij was een groot voorstander van een goede communicatie binnen de diverse diensten en het georganiseerd overleg. Hij genoot groot ver trouwen en respect bij de ambtenaren. Toen hij na de vorige verkiezingen de porte feuille die hij negen jaar beheerd had aan een an der overdroeg en belast werd met de portefeuille bedrijven, milieu en automatisering, was hij daar in eerste instantie zeker niet gelukkig mee, doch zijn interesse, zijn leergierigheid en zijn ver antwoordelijkheidsgevoel voor het alles van de zaak weten waren zo groot dat hij een ieder ver baasde toen hij na enkele weken, bij het verdedi gen van het plan ten behoeve van de stadsverwar ming, er alles van bleek te weten. In deze periode werd hij vanuit het college ook belast met de stadsgewestelijke zaken, als da gelijks bestuurder van het stadsgewest beheerde hij onder meer de portefeuille van financiën. Dit was werk waarbij hij weer alle aandacht aan cij fers kon geven, wat hem mateloos boeide. In de korte tijd dat hij deze portefeuille beheerde slaagde hij er onder meer in een meer doelmatig

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 321