14 FEBRUARI 1980 325
(Middag)
het een en ander op de hoogte zal houden en in
kennis zal stellen. Ik zal deze commissie in de
discussie betrekken.
Over de bestuurlijke en politieke leefbaar
heid in onze stad enkele opmerkingen. Over dit on
derwerp is met name door de heren Ten Wolde en
Crul gesproken, waarbij termen als "een zekere
matheid" zijn gebruikt. Ik zou in dit verband wil
len opmerken dat ook in een afspiegelingscollege
dat is uiteraard geen privilege van een afspie
gelingscollege tegenstellingen kunnen bestaan
of misschien op gezette tijden misschien zelfs
moeten bestaan. Hierdoor behoeft m.i. de collegia
liteit en de kwaliteit van de besluitvorming geen
geweld te worden aangedaan, onze ervaring in de
afgelopen maanden is wel geweest dat hebt u al
len ervaren dat het allemaal wat langer gaat
duren, wat echter naar mijn oordeel aan de kwali
teit van de besluitvorming evenmin afbreuk heeft
gedaan. Het oordeel van de burgers is natuurlijk
bij al hetgeen wij doen erg belangrijk, maar het
is niet bepalend en zeker niet alleen bepalend
voor de bestuurskracht die wij met elkaar hebben.
Indien wij de politiek bij ons functioneren zoda
nig hanteren, dat wij nooit in strijd komen met
goede manieren en een goede mentaliteit, dan zijn
wij mijns inziens op de juiste weg.
Het college heeft meer moeite met de opmer
kingen van mevrouw Saelman, die op dit moment he
laas niet aanwezig is. Zij heeft vele, ook verwij
tende opmerkingen in de richting van het college
gemaakt over onder andere het functioneren van
commissies en van de raad. Hetgeen zij daarover
naar voren heeft gebracht zal ik nu niet herhalen,
ik wil wel zeggen dat er ook in ons functioneren
wij zullen het er over eens zijn dat het mensen
werk blijft uiteraard fouten worden gemaakt.
Als mevrouw Saelman daaruit de consequentie trekt,
dat zij niet in de raad aanwezig kan zijn, meen ik
te mogen opmerken dat dat niet juist is of laat
ik het woord maar gebruiken zelfs onverantwoord