334 14 FEBRUARI 1980 (Middag) nauwgezette indruk van onze ambtenaren-deskundigen over de twee nieuwe alternatieve plannen, het B.M.F.-tracé en het tracé door de binnenstad van Breda, varieert van onhaalbaar en onzinnig tot on zindelijk. De Hoge Vucht-preadvisering is volgens de laatste berichten in raad en commissies bespreek baar. Het is u bekend dat wij de commissiebehande ling van het preadvies inzake de Hoge Vucht in de Hoge Vucht willen doen plaatsvinden, waarmee in april een begin zal kunnen worden gemaakt. De personeelsuitbreiding bij openbare werken bestaat inderdaad uit 24 mensen. Twaalf mensen ko men in dienst voor het verminderen van de druk op degenen die zich met bestaande taken bezighouden, terwijl eveneens twaalf mensen te maken zullen krijgen met nieuwe taken, deels nieuwe taken in opdracht van de raad, deels nieuwe wettelijke ta ken. Wij blijven de ontwikkeling van het geweste lijk structuurplan kritisch volgen. Ik maak mij enige zorgen over de methodiek die men heeft ge volgd, maar ik kan mededelen dat binnen enkele we ken een gesprek zal plaatsvinden tussen het ge meentebestuur van Breda en de portefeuillehouder ruimtelijke ordening van het stadsgewest waarbij over dit punt van gedachten zal worden gewisseld. Volgens de laatste berichten zal de ambtelij ke werkgroep per 1 april haar rapport over Brebo uitbrengen. Tenslotte dan nog een antwoord op een niet gestelde vraag. Persoonlijk maak ik mij er enige zorgen over dat in de algemene beschouwingen van geen enkele fractievoorzitter het woord "beplan tingen" is gevallen. Alleen door de heer Eissens is over vernieuwing van beplantingen gesproken. Ik wil erop wijzen dat in de gemeente nog een dienst beplantingen bestaat, overigens veronderstel ik dat het hierover zwijgen niet betekent dat er geen problemen zijn. Ik zou ook de dienst beplantingen mèt zijn taak in de milde aandacht van de raad

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 334