350
spreken.
14 FEBRUARI 1980
(Middag)
De heer VAN DEN WIJNGAARD: Als gewone burger
wil ik zeggen dat het N.V.V. eerst thuis maar eens
orde op zaken moet stellen. Het lijkt wel weer het
liedje: "Ikke, ikke, ikke en de rest kan stikken."
De heer DREEF: Waarop doelt de heer Van den
Wijngaard met "men moet eerst maar eens in eigen
huis orde op zaken stellen?" Ik snap het niet.
De heer VAN DEN WIJNGAARD: Het bestuur moet
ervoor zorgen dat op tijd een afvaardiging wordt
gestuurd, maar daarover is men het nog steeds niet
eens.
De heer DREEF: De discussie is nog niet afge
rond!
De VOORZITTER: Het woord is aan de heer Crul!
De heer CRUL: Ik geloof dat je dit soort za
ken inderdaad als politicus moet bekijken, wat
noch de heer Eissens noch de heer Van den Wijngaard
heeft gedaan. Het lijkt mij de taak van de over
heid erop toe te zien hoe een en ander zich af
speelt en overigens geloof ik dat de vakbeweging
best tot het dragen van mede-verantwoordelijkheid
bereid is als zij dan ook maar mede-zeggenschap
krijgt. Mede-zeggenschap wordt echter meestal niet
gegeven.
De motie die wij hebben aangekondigd hebben
wij de vorige maal na de vergadering aan de voor
zitter gegeven, met name de motie over de minder
heidsgroepen die ik bij dezen officieel wil indie
nen. Zij luidt als volgt:
"De raad van Breda, in vergadering bijeen op
7 februari 1980 in het kader van de begro
tingsbehandeling;
- overwegende dat er een groot aantal