360 14 FEBRUARI 1980 (Middag) zeggen dat daartoe bij mij meer dan bereidheid aanwezig is, ik geloof dat een gesprek hierover in de commissie algemene zaken bijzonder goed zal zijn. De commissie algemene zaken adviseert het college zoals u weet over allerlei zaken, ook za ken van huishoudelijke aard, het is een instituut van fractievoorzitters en de communicatie tussen raad en college zal in de toekomst misschien toch van wat meer betekenis worden. Ik ben een groot voorstander van een gesprek hierover en ik hoop dat door een verbetering van de communicatie, ui teraard met behoud van ieders bevoegdheid, ook de kwaliteit van het raadswerk alsmede wellicht de collegialiteit verbeterd zal kunnen worden. Het politie-optreden bij het kraken wordt door de heer Garritsen betreurd. Dit politie-op treden heeft met mijn volledige instemming plaats gevonden, waarbij ik nog wil opmerken dat zoiets niet zo gemakkelijk is als het misschien lijkt. Een dergelijk optreden is ook voor de politie niet zo simpel, overigens is hieraan dat blijkt mede uit door mij verzonden brieven ook door de kra kers zelf meegewerkt. Er móest in dit geval naar mijn oordeel op deze wijze worden opgetreden en zeker het optreden van de politie is juist ge weest. Een enkel woord over de oppositie, die nu in deze raad blijkbaar tot minder dan de helft is te ruggebracht. Persoonlijk geloof ik dat het in dit verband gebruiken van het woord "oppositie" on juist is. Het is niet de bedoeling wij hebben hierover al jaren geleden gesproken in deze raad of in gemeenteraden in het algemeen "Tweede Kamertje" te spelen. Ik weet dat de heer Garritsen er anders over denkt, maar mijns inziens is dit niet de wijze waarop gemeenten in Nederland be stuurd moeten worden. De heer GARRITSEN: Citeert u nu de heer Roe ien uit Arnhem, de gemeente waar het college uit elkaar is geklapt?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 360