362 14 FEBRUARI 1980 (Middag) hoogte stellen dat die toezegging niet kon worden nagekomen en dat de subsidienota bovendien niet op korte termijn te verwachten is. Als wij er het laatste niet bij zouden zeggen zouden wellicht weer valse verwachtingen worden gewekt. De heer EISSENS: U trekt er een veel te vro lijk gezicht bij Wethouder BROEDERS: U weet dat ik het, al ben ik diep bedroefd, naar buiten toe niet al te sterk wil laten blijken. De situatie is soms toch al zo somber Wat ik met de taxatiewaarde van nieuwe wonin gen in het kader van de O.G.B. aan moet weet ik niet, ik kan er geen kant mee uit. Alle woningen worden op economische waarde getaxeerd, dat ge beurt goed of fout. Als het fout gebeurt moet de taxatie worden herzien, als het goed gebeurt is dat gebaseerd op wettelijke bepalingen en hier door ons gemaakte afspraken. Er is gesteld dat de taxaties belemmerend zouden kunnen werken voor de bouwactiviteiten, maar ik geloof dat dit in dezen niet het hoofdkernpunt kan zijn. In dit kader dient mijns inziens te worden gekeken naar de ont wikkeling van de grondprijzen en de bouwkosten. Het is dat moet ik toegeven erg vervelend dat je naast allerlei andere kosten ook nog belas ting moet betalen, maar nogmaals, ik weet niet wat ik hier verder mee aan moet. In eerste instantie heb ik gezegd dat het hier drupt wanneer het in Den Haag regent en naar aanleiding daarvan is de opmerking gemaakt, dat wij maar afwachten wat in Den Haag wordt gedaan. Zo is het niet helemaal, ik heb er alleen op wil len wijzen dat wij het vorig jaar april al met de voorbereiding van de begroting zijn gestart, dat wij in augustus besluiten over winstuitkeringen en dergelijke hebben genomen en dat zich sindsdien ontwikkelingen hebben voorgedaan die niet volledig vertaald in deze begroting zijn terug te vinden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 362