368 14 FEBRUARI 1980 (Middag) B.L.H.P., van het B.I.C. en van de werkgevers en begin februari pas van het N.V.V. hoort dat men ons veel succes toewenst maar niet zal deelnemen, dan De heer CRUL: De heer Sandberg raast maar door, maar naar mijn mening wordt door hem toch niet helemaal recht gedaan aan de benadering van de zaak van de Raad voor de Werkgelegenheid. Hij behoort er mijns inziens bij te vertellen dat bij de discussies over de Raad voor de Werkgelegenheid zeker in de aanvang, de vakbeweging bepaald niet om deze oplossing heeft staan springen. De vakbe weging wilde een heel andere benadering voorstel len, deze oplossing heeft zij in feite noodgedwon gen geaccepteerd. De heer VAN BANNING: Ik heb wel eens een an dere indruk gekregen! De heer CRUL: Dat moet de wethouder dan maar eens duidelijk maken. De heer VAN BANNING: Ik heb juist de indruk gekregen dat de vakbeweging hiervan een voorstand ster was en dat wij er niet direct om stonden te springen. Wethouder SANDBERG: Het is niet mijn bedoe ling het proces, waarmee wij het afgelopen jaar bezig zijn geweest, nu volledig door te lichten. Het gaat mij erom dat er wensen waren van de zijde van de vakbeweging, van de zijde van de werkgevers organisaties en ook vanuit de gemeentelijke poli tiek. Op een gegeven moment is men ten aanzien hiervan tot een consensus gekomen, begin december heeft een ieder zich mondeling met de structuur akkoord verklaard, dat is toen door de vertegen woordigers van alle hierbij betrokken organisaties bevestigd. Van het N.V.V. krijgen wij nu echter een brief met daarin alleen de mededeling, dat men

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 368