14 FEBRUARI 1980 385
(Middag)
waarschijnlijk vrij veel mensen zijn afgeknapt, al
hebben dan wellicht in de Beyerd-commissie ook
persoonlijke aspecten een rol gespeeld.
Ik vraag mij ook af of wel eens goed is door
gelicht welke groepen worden bereikt, voor welke
groepen er nu eigenlijk wordt gewerkt. Heeft men
de intentie wat de P.v.d.A. in een notitie zegt
andere groepen te bereiken dan op dit moment
worden bereikt? Als men die intentie niet heeft
moet ook dat duidelijk worden gesteld, men moet
het niet bij vrij wazige uitspraken laten waaruit
geen beleid is te destilleren.
De nota van de P.v.d.A. vind ik op zichzelf
een goede aanzet tot een discussie, er wordt in
gesproken over de maatschappelijke bewustwording
een aspect van het cultuurbeleid ontplooi
ing van individuele vermogens en de passieve bele
ving. Als wij nu de begroting bezien dan blijkt,
dat ongeveer 95 van de beschikbare middelen naar
het derde punt, de passieve beleving, gaat en als
je daar de plannen tegen afzet die men met De
Beyerd had waarbij het toch eveneens duidelijk om
passieve beleving gaat, dan meen ik te moeten con
stateren dat aan de twee eerste in de P.v.d.A.-no
ta genoemde punten die mijns inziens bepaald be
langrijk zijn gewoon niets wordt gedaan.
Mij blijft niets anders over dan het afwijzen
van het slechte cultuurbeleid en van het accommo-
datiebeleid dat eveneens slecht is, waarbij ik
moet constateren dat het college en met name de
betrokken wethouder, die toch al jaren met dit
bijltje hakt, er helemaal niets van hebben gemaakt.
Ik zou de wethouder willen aanraden daarvan nu
eens de consequenties te trekken: öf hij moet zeg
gen dat hij er zich inderdaad voor zal gaan inzet
ten en met een stuk beleid zal komen, öf hij moet
toegeven dat hij het echt niet kan wat hij de ge
meenteraad dan moet laten weten.
Wethouder SANDBERG: De heer Oomen heeft Car
thago het vorig jaar al ten tonele gevoerd, ik zou