14 FEBRUARI 1980 403
(Middag)
en accommodaties beschikbaar moeten stellen. Nu
heeft de beslissing inzake N.A.C. van een paar we
ken geleden al de nodige centen opgeslokt ten be
hoeve van de beroepssportmaar die beslissing is
naar ik meen niet definitief, want de discussie
over de vraag hoe de beroepssport moet worden ge
financierd en welke waarde daaraan dient te worden
gehecht zal in de gemeenteraad van Breda nog ver
der moeten worden gevoerd. Het accommodatiebeleid
in Breda kan hiervan naar mijn mening niet los
worden gezien, vooral niet het beleid ten aanzien
van de grotere accommodaties zoals de zwembaden en
tennisbanen. Er zal ook moeten worden gediscussi
eerd over de vraag ook met het oog op de wed
strijdsport welke middelen wij daarvoor be
schikbaar willen stellen, hoe wij ten aanzien daar
van onze prioriteiten willen leggen. Ik haak hier
op met name in omdat op dit moment over een
schaatsbaan in Breda wordt gesproken, een in fi
nancieel opzicht bijzonder moeilijke aangelegen
heid. Het is mijns inziens belangrijk dat wij als
raad die discussie niet aan ons laten voorbijgaan,
maar in dit kader over prioriteitstelling gaan
praten. Ook de discussie over de financiële gevol
gen van een zwembad in Breda-oost zal een keer ter
tafel moeten komen, evenals de kwestie van het
eventuele behoud van het zwembad in de Vierwinden-
straat. In ieder geval zal met betrekking tot dit
soort toch vrij kostbare accommodaties een keuze
moeten worden gemaakt. Ik wilde deze begrotingsbe
handeling aangrijpen om hieromtrent van de zijde
van de wethouder wat meer duidelijkheid te ver
krijgen. Ik zou graag willen vernemen hoe hij deze
zaken denkt op te pakken voordat allerlei dingen
al vastliggen.
Een bedrag van 11.500,is dit jaar in de
begroting voor het Oranje-comité gereserveerd. Ge
zien een interruptie van de heer Hendriksen bij de
algemene beschouwingen en ook gezien de doelstel
lingen van de club waaruit de verantwoordelijke
wethouder afkomstig is hij heeft naar ik