14 FEBRUARI 1980 421 (Middag) antwoord gekregen. Ik weet dat hij het niet met dat antwoord eens is, dat heb ik vandaag opnieuw gehoord, maar het standpunt zoals dat in het ant woord is vervat is het collegestandpunt hieromtrent en ik ben niet bevoegd daarvan af te wijken. De heer OOMEN: Ik zou in dit verband willen wijzen op een artikel in De Stem van 15 januari 1980, waarin het Bredase Jazzfestival zijn moei lijkheden tentoonspreidt en daarbij verwijst naar een bedrag van 16.000,dat men voor door de gemeente verleende diensten moet betalen. De VOORZITTER: Daarbij gaat het naar ik meen om verlichting en niet om een telefoonverbinding. Ik lees De Stem zeer nauwkeurig en ik was hiervan dan ook al op de hoogte, u behoeft er mij verder niet over in te lichten. Ik kom tot de automatisering, waarover ook de heer Garritsen is gesproken. Wij hebben al iets tegen elkaar gezegd over een commissie. Er vindt op het ogenblik een inventarisatie van de bestan den plaats door de genoemde commissie, die binnen kort weer zal vergaderen. Het is de bedoeling tot een verordening te komen, maar de politie zit hier ik hoop dat u mij letterlijk wilt verstaan niet of nog niet bijIk zal met de commissie en met de politie bespreken in hoeverre hieraan be hoefte bestaat en in hoeverre dit mogelijk is. De heer GARRITSEN: Ik heb hiervoor vooral aandacht gevraagd omdat er plannen zijn geweest ik weet niet in welk stadium zij nu zijn het bevolkingsregister gedeeltelijk bevraagbaar te ma ken vanuit het politiebureau. Daar liggen toch wel vrij duidelijke bindingen. De VOORZITTER: Ook dat is aan deze kant van de tafel bekend! De heer Garritsen weet evengoed als alle an dere leden van de commissie openbare orde hoe het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 421