428 14 FEBRUARI 1980
(Avond)
kunnen beoordelen en wij menen uit de door het
college in vorige commissievergaderingen gemaakte
opmerkingen te mogen opmaken dat de dingen voor
het college in elk geval nog niet allemaal op een
rij staan.
Een ander punt dat ik nog even naar voren wil
halen is de problematiek van schoolverlaters en
jeugdwerkloosheid. Ik krijg hierbij een klein
Kielegats woordenboek onder m'n neus getoverd; wat
dat moet betekenen weet ik niet precies, maar het
heeft in ieder geval met de onderhavige kwestie
weinig te maken. Nadat er tijdens de algemene be
schouwingen al de nodige woorden aan zijn gewijd,
zou ik de wethouder willen vragen hoe zij zich
voorstelt in de richting van de commissie aandacht
te besteden aan de verdere uitwerking van een en
ander. Wij hebben van het college begrepen dat
hierbij een aantal portefeuilles in het geding is.
Een jaar geleden is een motie door ons ingediend
en door de raad overgenomen met betrekking tot de
schoolverlaters- en jeugdwerkloosheidsproblematiek
en wij menen dat er alle reden is om op heel korte
termijn in de commissie een aantal zaken op een
rijtje te gaan zetten.
Een volgend punt betreft twee posten die in
de begroting van sociale zaken zijn opgenomen, te
weten het emancipatiebeleid en de ontwikkelings
hulp. Wat de emancipatie betreft zou ik gaarne van
het college vernemen of er al duidelijke ideeën
zijn over de besteding van het opgevoerde bedrag in
het komende jaar. Ten aanzien van de ontwikke
lingshulp wil ik alleen maar reageren in de rich
ting van mevrouw Den Ouden met de vraag, of zij
door haar opmerking eigenlijk niet wat afstand
neemt van het programakkoord. Je kunt natuurlijk
wel akkoord gaan met het opnemen van een post ont
wikkelingshulp op de begroting, maar ik denk dat
je je er daarna niet van af kunt maken doch dat je
er dan juist aan vast zit. De vraag, hoe de zaak
dan verder moet worden uitgewerkt in de commissie
sociale zaken of een andere commissie en hoe wij
