24 JANUARI 1980 44 bevreesd, daar de situatie van de Stichting Nationale Taptoe Breda een tamelijk unieke is met enkele bestuursleden, die hun dage lijkse werkzaamheden ten stadhuize verrich ten. ad. 3. Neen. ad, 4. Geen. ad. 5, Neen, verwijzende naar de algemene inlei dende opmerkingen hebben wij daartoe geen overwegingen VRAAG (gesteld d.d. 31-8-1979 ing. art. 40, 2e lid R.v.O. mevrouw J.A.W. van Rooij-v.d. Heuvel en de heer H A. Schuring Vragenstellers hebben de indruk, dat ook in onze stad talrijke studenten moeilijkheden ondervinden bij het vinden van huisvesting. In verband daarmee willen zij een inzicht in de aantallen studenten waarom het hier gaat en of er op grotere of op kleinere schaal maatregelen getroffen moeten wor den - Is het het college bekend hoeveel studenten zich hebben aangemeld voor de instituten voor hoger onderwijs hier ter stede? - Is het college er van op de hoogte, hoeveel van deze jongstuderenden moeilijkheden hebben met het vinden van huisvesting? - Is er sprake van een noodsituatie in die zin, dat een aantal van hen geen huisvesting kan vin den? - Zo ja, is het college bereid over te gaan tot het treffen van noodmaatregelen, zoals in andere steden (Utrecht-tentenkamp, Eindhoven-kazerne) ANTWOORD ad. 1, Ja, in de gemeente Breda zijn bij de 7

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 44