484 14 FEBRUARI 1980 (Avond) woningwetwoningen is gerealiseerd. Met deze con statering wil ik duidelijk maken dat deze sector behoorlijk is achtergebleven. Nu zal de wethouder wel tegenwerpen dat dit natuurlijk in dezelfde ma te voor andere woningen geldt en dat is op zich wel zo, maar de woningnood komt toch het hardst aan bij de mensen met de lagere en laagste inkomens en daarom vind ik het onverantwoord om nog steeds op de nota volkshuisvesting te wachten, om nog steeds met de bekende 30 door te gaan. Er zijn genoeg signalen vanuit de bevolking die aangeven dat die 30 te laag is en het is hoog tijd dat dit percentage wordt veranderd. Als de P.v.d.A.- fractie nu, nadat de nota in augustus/september in de gemeenteraad is geweest, daarover weer een soort inspraakronde wil houden hetgeen op zich heel leuk is wordt de besluitvorming wéér vooruitgeschoven en dat lijkt mij een slechte zaak. Een volgend punt is de voorraad goedkope wo ningen die we hebben. De raad heeft onlangs nog een voorstel aangenomen dat inhoudt dat er dit jaar geen woningwetwoningen in Breda zullen worden verkocht. Dat geldt echter nog steeds niet voor de huurwoningen uit het woningbedrijf B en ik vind het een uitermate slechte zaak dat daaruit nog steeds woningen worden verkocht. We zijn op de hoogte van de brieven die hierover zijn geschreven, we kennen de problemen met een gekraakt pand op de Oude Vest dat op de nominatie stond en bij mijn weten nog steeds staat om verkocht te worden en nog steeds dreigen er woningen te worden verkocht. Dan kan van de zijde van C.D.A. en V.V.D. wel wor den gezegd dat onrendabele woningen uit het wo ningbedrijf B moeten worden afgestoten, maar als praktisch de gehele raad akkoord gaat met de ver koop van woningen uit het woningbedrijf B die zelfs nog een positieve exploitatie hebben, dan maakt men het toch wel erg bont. De heer VAN DUIJL: Ik denk dat de heer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 484