512 14 FEBRUARI 1980 (Avond) Zonder hoofdelijke stemming wordt achtereen volgens conform de voorstellen van burgemeester en wethouders besloten, onder aantekening dat de heer Garritsen geacht wenst te worden tegen de begro tingen te hebben gestemd. Aan de orde is vaststelling van: de voorstellen met betrekking tot de meerja renbegroting als uitgangspunten voor het te voeren beleid. De heer GARRITSEN: De gekozen procedure is voor ons onverteerbaar, rekening houdend met de korte tijd die is uitgetrokken en met het feit dat het beleid in de meerjarenbegroting nauwelijks is aangegeven. Dit is voor ons reden om tegen de meer jarenbegroting te stemmen. Ik heb al bij de algeme ne beschouwingen gezegd dat wij de meerjarenbegro ting voor kennisgeving aannemen, maar ik moet hier formeel stellen dat ik geacht wil worden tegen te hebben gestemd. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform de voorstellen van burgemeester en wethouders beslo ten, onder aantekening dat de heer Garritsen ge acht wenst te worden te hebben tegengestemd. De heer VAN DUIJL: Van de begrotingsbehande- ling-nieuwe-stij1 kwam door droevige omstandighe den niet veel terecht. De regeling die met mede werking van de fractievoorzitters tot stand is ge komen, hield in dat de begroting in één dag zou worden behandeld. Tot mijn grote verbazing heeft het overleg zeer goed gewerkt en ik moet dan ook grote waardering uitspreken voor de ingehouden wijze waarop de raad heeft gereageerd, zodat wij er inderdaad in zijn geslaagd de begroting in één dag af te werken. Het tijdschema liep als een trein! Ik denk dat wij heel lang in de geschiedenis van deze gemeenteraad moeten teruggaan om een begroting

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 512