25 FEBRUARI 1980
wethouder Welschen, die tevens met inspraak
procedures en -aangelegenheden is belast?
Acht het college - indien b. en w. inderdaad
voorstellen, zoals bedoeld in het meergenoem
de artikel heeft gedaan - een aantal uit
gangspunten waarop het voorstel van b. en w.
schijnt te berusten, mede-bepalend voor de in
vulling van de meerjarenbegroting?
Indien het antwoord bevestigend is, welke
rechtvaardiging ligt aan deze voorstellen ten
grondslag nu de behandeling van de meerjaren
begroting verder in de toekomst is verschoven?
Gelet op de langdurige besprekingen en de
vertrouwelijkheid, die daarmede is gepaard ge
gaan zou de conclusie kunnen worden getrokken
dat Uw college de mening is toegedaan dat de
belangen dermate groot zijn dat de beslissin
gen in alle rust moeten worden genomen c.q.
de besprekingen dienen te worden gevoerd.
Wordt deze conclusie door Uw college onder
schreven?
In bevestigend geval acht het college het dan
juist, dat deze werksfeer niet aan de verte
genwoordigers van de Bredase bevolking i.e.
de raad wordt geboden?
Kan naar de mening van Uw college worden vast
gesteld dat door deze voorstellen minstens
bij het N.A.C.-bestuur en de overige bij de
gang van zaken belanghebbenden c.q. betrokke
nen verwachtingen worden gewekt en dat daar
door tevens van beïnvloeding van de leden van
de raad sprake is en wellicht sprake is van
beperkingen in hun functioneren als zodanig?
Vragenstellers verzoeken U op de kortst moge
lijke termijn om beantwoording, aangezien