25 FEBRUARI 1980 5b« Haagse Beemden. In de richting van de heer De Brouwer wil ik nog opmerken dat met betrekking tot de warmtepro ductie de P.N.E.M. heel duidelijk aan de betreffen de kant van het contract staat. Het is niet uitge sloten dat de P.N.E.M. elders warmte inkoopt zij hoeft niet alles zelf te produceren het geen dan via verrekening met de P.N.E.M. zal wor den geregeld. Wij zullen uitsluitend als afnemer kunnen worden beschouwd. De heer DE BROUWER: Ik verzoek u aan te teke nen dat onze fractie tegen dit voorstel is, omdat het naar onze mening onoverzienbare risico's in houdt. De wethouder verwacht wel dat de industrie- en meer warmte zullen afnemen, maar dat lijkt mij niet helemaal juist, omdat wij ook kampen met een chronisch tekort aan industrie- en bedrijfsterrein. Het optimisme van de wethouder deel ik dan ook geenszins De wethouder heeft verder gezegd dat de P.N.E.M. van derden warmte zal kunnen betrekken, maar wij vinden dat dit rechtstreeks door de ge meente zou moeten kunnen geschieden, dus zonder dat de P.N.E.M. als intermediair fungeert. Wethouder SANDBERG: Ik heb mijn verhaal over de marges niet alleen opgehangen aan de verhoogde industriële warmte-afnameIk heb een aantal ont wikkelingen aangegeven die in de marges wijzigin gen kunnen aanbrengen, waarbij ik doelde op ruime re mogelijkheden van warmte-afgifteIk vind het niet juist dat de heer De Brouwer nu slechts één van die argumenten herhaalt, alhoewel dat voor hem uiteraard een voldoende argument kan zijn om zich negatief over dit voorstel uit te spreken. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna con form het voorstel van burgemeester en wethouders besloten, onder aantekening dat mevrouw Saelman- Boelen en de heer De Brouwer geacht willen worden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 568