577 25 FEBRUARI 1980 kunnen worden gekomen. Wethouder SANDBERG: Afgelopen woensdag heeft de directie van ENKA-Breda het college nadere in formaties verstrekt over de op handen zijnde ingre pen bij de Bredase vestiging. In mei van het vori ge jaar heeft ENKA een plan aan de vakbonden en aan de ondernemingsraad voorgelegd om de textureer afdeling van het ENKA-bedrijf te Breda geleidelijk in te krimpen. De vakbonden en de ondernemingsraad hebben begin september jongstleden dat plan afge wezen en de raad van bestuur van ENKA heeft daarom de zaak toen opnieuw in overweging genomen. Die hernieuwde studie heeft niet tot een ander stand punt van ENKA geleid, hetgeen afgelopen donderdag aan de vakbonden en aan de ondernemingraad is mee gedeeld. Uitvoering van het plan heeft tot gevolg dat medio 1981 ongeveer honderd a honderdtwintig arbeidsplaatsen komen te vervallen. Deze verminde ring zal vrijwel geheel kunnen worden bereikt door het niet aanvullen van natuurlijk verloop, wacht geld, overplaatsing naar andere ENKA-bedrijven en bemiddeling bij plaatsing elders, een en ander met toepassing van de daarvoor bij ENKA bestaande fi nanciële regelingen. ENKA-Breda heeft, zoals u weet, thans bijna 800 medewerkers. ENKA houdt in verband met de huidige marktsituatie ernstig reke ning met de noodzaak van een verdere inkrimping van de textureerafdeling na 1981 en daarmee zullen ongeveer 180 arbeidsplaatsen zijn gemoeid. Deze verdere inkrimping zal bij geleidelijke uitvoering tot in 1984 eveneens vrijwel geheel kunnen worden bereikt via de al genoemde maatregelen. De tijde lijke productievermindering en de werktijdverkor ting in de spinnerij van ENKA-Breda staan hier ge heel los van. Wat opvalt is dat men streeft naar geleidelij ke personeelsvermindering en geen of nauwelijks directe ontslagen, doch aanpassingen door natuur lijk verloop. Dat neemt echter niet weg dat de ge noemde arbeidsplaatsen verloren gaan en dat gegeven als

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 577