25 FEBRUARI 1980 632 persoonlijk ontslag genomen en het voorstel van burgemeester en wethouders bekrachtigt slechts de ze ontslagnamen. Het is niet een geheel eigen ini tiatief van het college; dit vooraf om het onder havige voorstel in het juiste licht te plaatsen. Uit de discussies over De Beyerd, die onder meer in de commissie cultuur zijn gevoerd, is ge bleken dat het bestuur van De Beyerd in handen van een bestuurscommissie dient te blijven. De periode die aanbreekt is voor de toekomst van De Beyerd van groot belang en een bestuurscommissie ad inter im zal belangrijk werk kunnen en moeten verrichten bij het ontwerpen van een beleidsplan. Dit belang rijke werk wordt nu geheel en al door burgemeester en wethouders gedaan. De invloed van de adviescom missie voor cultuur is helaas beperkt. De heer VAN ASSELDONK: Ik dacht dat dat wel een beetje overtrokken was. Als ik zie dat het voorstel voor de vierde keer terugkomt naar de commissie cultuur, juist om die op- en aanmerkin gen er in te verwerken, dan meen ik dat de heer De Brouwer toch iets te ver gaat. De heer DE BROUWER: Ik moet nog afwachten hoe het uiteindelijke preadvies van burgemeester en wethouders zal luiden en ik moet zeggen dat mijn verwachtingen niet al te hoog gespannen zijn, maar hopelijk word ik in mijn verwachting in dezen te leurgesteld. Een bestuurscommissie zal ongetwijfeld worden benoemd wanneer het belangrijkste werk is voltooid en er nog slechts uitvoerende werkzaamheden van een lager niveau overblijven. Dat vindt onze frac tie een miskenning van zo'n bestuurscommissie, een devaluatie van haar taken. Wij stellen u dan ook voor een interim-commissie te benoemen, bestaande uit de functiewethouder en 3 a 4 andere raadsleden. Dit voorstel doet recht aan het belang dat wij hechten aan een krachtige bestuurscommissie met werkelijke bevoegdheden. Dit klemt temeer omdat de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 632