25 FEBRUARI 1980 660 De heer VAN DE STEENOVEN: De toevoeging is wel academisch, maar toch ook pragmatisch, want nu kun je de vestiging van bedrijven wél toestaan en anders niet. De heer TEN WOLDE: Ik zou de wethouder bijna willen adviseren om in de bestemmingsplannen op te nemen wat iedereen in zijn kast mag hebben! Wethouder VAN DUN: Ja, maar ik kan me toch niet voorstellen dat de doorsnee Bredase bewoner dagelijks bezig is met het mengen van potten van 25 liter verf; ik geloof dat dat niet zo'n huise lijke bezigheid is. Een volgende vraag van de heer Van de Steen oven heeft betrekking op het vrachtverkeer. Wij hebben in de discussie uitvoerig over wegverleg- ging gediscussieerd en daar zal ik hier dus niet meer op ingaan. Wat betreft de suggestie om de weg een zodanige "profilering-outfit" te geven dat mede door verkeersmaatregelen voor de bewoners zo min mogelijk overlast optreedt, wil ik onze verkeersingenieur en het hoofd van de afdeling ci- vieltechniek graag om advies vragen. Ik ben zelfs bereid de uitkomst van dat overleg aan de commis sie ruimtelijke ordening voor te leggen. Het is duidelijk dat wij, als wij met het on derhavige preadvies op tafel komen, niet de bedoe ling hebben welke de heer De Brouwer voorstaat. Hij heeft al gezegd dat hij niet met het onderha vige voorstel akkoord kan gaan maar een conserve rend plan zou willen zien. Ik meen juist dat het onaantrekkelijke woonmilieu daar niet voor pleit en als zodanig ben ik het dus niet met de opvat ting van de heer De Brouwer eens De vragen van de heer Garritsen met betrek king tot de Hinderwetvergunning zijn reeds beant woord. Zijn vergelijking met de Spoorbuurt vind ik niet relevant, want ik denk dat je, als je alle haken en ogen van beide woongemeenschappen naast elkaar legt, tot de conclusie komt dat hoe

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 660