20 MAART 1980
695
voorkómen van bijdragen aan de stankoverlast door
stortingen onzerzijds.
Tegen deze achtergrond hebben wij de volgende
maatregelen genomen:
We hebben allereerst contact opgenomen met het
openbaar ministerie met het verzoek, het reeds on
der 2 gememoreerde onderzoek in te stellen.
Verder hebben we bij de vergunningverlenende in
stanties i.e. de gemeente Nieuw-Ginneken en de
provincie Noords-Brabant nadere inlichtingen inge
wonnen omtrent de wijze waarop naar hun mening de
naleving van de voorwaarden gesteld ter voorkoming
van het ontstaan van stankoverlast, geschiedt. Dit
dient beschouwd te worden als een verzoek tot zo
nodige extra aandacht voor het gebeuren op de
vuilstort Bavel.
In een gesprek met de Grontmij hebben wij gerezen
misverstanden met betrekking tot enkele aspecten
van stortingen vanwege de gemeente Breda besproken
en bevredigende nadere afspraken dienaangaande ge
maakt.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke
stemming wordt overeenkomstig het voorstel
van burgemeester en wethouders besloten.
2. bijlage nr. 92.
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT
HET VASTSTELLEN VAN BEGROTINGSWIJZIGINGEN.
(B)
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke
stemming wordt overeenkomstig het voorstel
van burgemeester en wethouders besloten.
3. bijlage nr. 93.
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT
HET AANGAAN VAN OVEREENKOMSTEN BETREFFENDE DE
VERVREEMDING VAN ONROEREND GOED. (D)
Mevrouw MUNTJEWERFF-VAN DEN HUL: Onder nr. 2
van de bij dit voorstel behorende lijst wordt
voorgesteld een stuk grond te verkopen aan de