760 20 MAART 1980
speelt ook de bewapeningswedloop in al zijn facet
ten mee. Juist daarom heb ik de motie mede-onder
tekend.
De heer TAKS: Dat is nu een zeer gekunstelde
redenering! De heer Oomen heeft gezegd dat de
overwegingen van de motie te smal zijn; ze kunnen
blijkbaar sterk worden uitgerekt: een soort caout-
chouc-artikel. In ieder geval is het natuurlijk
duidelijk dat de subtiliteiten van de heer Oomen
die in de gemeenteraad te berde worden gebracht,
door de bevolking niet als zodanig worden gevoeld.
De bevolking denkt niet zo subtiel. Mij dunkt dat
de mede-ondertekenaars van de motie, de heer
Oomen
De hejr OOMEN: U onderschat de bevolking nog
al!
De heer TAKS:...., mevrouw Muntjewerff en de
heer Hendriksen niet zullen aarzelen terstond hun
handtekening onder de motie weg te halen. Dan
hoeft de motie ook niet meer in stemming te komen!
De heer HENDRIKSEN: Mijnheer Taks, als u nog
lang doorgaat, krijg ik ruzie met mijn baby-sit,
want die zou ik om elf uur aflossen!
De heer TAKS: Ik ben zo klaar, mijnheer Hen
driksen. U kunt de zaak zelfs heel vlug afhandelen.
Als u uw handtekening intrekt, is de motie niet
meer aan de orde en hoeft er niet meer te worden
gestemd.
Wordt de mede-ondertekening wèl gehandhaafd
en stemt de P.v.d.A.-fractie vóór de motie, dan
beleven we mijns inziens weer eens één van de meest
treffende voorbeelden van onzindelijkheid in de
politiek. Het is van tweeën één: ófwel men belooft
de Bredase burgerij het geld te besteden aan kunst
zinnige vorming van kinderen op basisscholen, óf
wel men belooft de heer Garritsen het geld te be
steden aan het bestrijden van de bewapeningswed
loop in al zijn facetten. Het is van tweeën één en