20 MAART 1980 767 is gemaakt. Mevrouw SAELMAN-BOELENIk heb herhaaldelijk meegemaakt dat een vergadering werd afgekapt op een ogenblik dat wij de agenda best even wilden afwerken. Er werd dan gezegd: het is elf uur en we houden ermee op. Ik houd eigenlijk niet van dat arbitraire gedoe. Er zijn afspraken of ze zijn er niet. De VOORZITTER: Ik stel voor de agenda af te werken en de moties te behandelen. Aan de orde is motie nr. 9. 31.9 MOTIE INZAKE HAAGSE BEEMDEN-BOS. Zonder hoofdelijke stemming wordt deze motie aanvaardwaarbij later wordt aangetekend dat mevrouw Saelman-Boelen en de heer De Brouwer geacht willen worden te hebben tegengestemd. 31.10. MOTIE INZAKE PROBLEMATIEK ZUIDELIJKE ROND WEG. De heer VAN ASSELDONK: Wij achten deze motie overbodig. De motie zou naar buiten toe de indruk kunnen wekken dat het college nog niets heeft ge daan. Wij hebben echter op 15 februari 1980 infor matie van het college gekregen waaruit blijkt dat Breda in een periode van vijf jaar negentien maal bij het ministerie op de stoep heeft gestaan. Ik wijs daarnaast op de vele contacten met de provin cie en op de bijzondere zorg die het college ten aanzien van deze problematiek steeds aan den dag legt. Wij verzoeken de C.D.A.-fractie de motie in te trekken, omdat zij overbodig is. De heer GOOS: Wij zijn het ermee eens dat het college ten aanzien van deze problematiek al heel wat heeft gedaan. Toch hebben wij als C.D.A.-frac tie in eerste instantie gemeend deze motie te moe ten indienen. Naar aanleiding van de opmerkingen die de heer Van Asseldonk zojuist heeft gemaakt, kan ik echter de motie thans namens de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 767