17 APRIL 1980
818
dat het zicht op de doelmatigheid en ik zou
daaraan willen toevoegen: ook op de rechtmatigheid
duidelijk bij de commissies aanwezig hoort te
blijven. Mijnerzijds teken ik daarbij aan dat het
in dit verband niet alleen zaak is dat de uitvoe
ringsvoorschriften goed zijn, maar dat bovendien
de commissies die voorschriften zeer goed moeten
hanteren. Overigens is de procedure vrij uitvoerig
uitgewerkt en heeft zij ook de instemming van de
commissie financiën verkregen. Voor wat de hante
ring betreft mogen we naar ik meen een beroep doen
op de commissies die zich met deze materie bezig
houden
De opmerking van de heer De Brouwer over een
rekenkamer voert ons naar het vraagstuk van de
doelmatigheid, waarover we in de commissie uitvoe
rig hebben gesproken. Naar ik meen was op zijn
minst de grote meerderheid van de commissie van
oordeel dat we nu eens op deze manier zouden moe
ten beginnen. In verband met een eventuele reken
kamer komen elementen als bekwaamheid en kosten
aan de orde, want je moet natuurlijk niet met een
kanon op een mug gaan schieten. Ik wil de financi
en van de gemeente Breda niet met een mug verge
lijken, maar ik moet erop wijzen dat een rekenka
mer, als men die goed wil opzetten, zeer kostbaar
zal zijn en ook niet zeer eenvoudig zal werken. In
het algemeen kan worden gezegd dat ambtenaren niet
beter maar ook niet slechter zijn dan andere men
sen. Ervan uitgaand dat de ambtenaren werkzaam
zijn in een organisatie waarin de controle een min
of meer natuurlijk verloop heeft, zie ik niet in
waarom die ambtenaren de controle niet mede zouden
kunnen uitvoeren. Hierover kan verschil van mening
bestaan; tegen een dergelijke gang van zaken heb
ik echter in het algemeen weinig bezwaar.
De heer DE BROUWER: Ik zou graag zien aange
tekend dat onze fractie wel met het voorstel ak
koord kan gaan, maar dat zij tegen de artikelen
42 en 43 is. Een aantekening hiervan in de notulen