825
17 APRIL 1980
herhaalde druk van onze kant is toen na moeizaam
overleg bereikt dat de commissieleden vertrouwe
lijk op het bureau economische zaken de verslagen
van de vergaderingen van dit orgaan mochten inzien
Wij hebben het altijd zeer vreemd gevonden dat be
sprekingen over anderen, waarbij het verlies van
arbeidsplaatsen in het geding is, in beslotenheid
zouden moeten plaatsvinden. Onze fractie heeft er
echter begrip voor dat de werknemers niet uit de
krant kennis moeten nemen van reorganisaties etce
tera. Het heeft zo moeten zijn.
In het program op hoofdpunten voor deze
raadsperiode het staat ook in de inleiding van
het voorstel zijn tussen C.D.A.V.V.D. en
P.v.d.A. enige dingen geregeld. Het onderhavige
voorstel is het gevolg van de afspraak dat er een
adviesraad inzake de werkgelegenheidsaspecten zou
worden ingesteld. Volgens het voorstel is tussen
de leden van het Gemeentelijk Contact Werknemers-
belangen en het B.I.C. in december 1979 overeen
stemming bereikt. Ter gelegenheid van een tussen
rapportage in mei 1979 heeft het college betoogd
dat deze structuur een platform moet zijn, ter ad
visering van het college van burgemeester en wet
houders op het gebied van de werkgelegenheidsvraag
stukken. In paragraaf 4 van het voorstel wordt de
inhoud van het overlegmodel weergegeven, waaruit
blijkt op welke punten het adviesorgaan zijn aan
dacht richt. Deze punten zijn:
"a. vraagstukken in samenhang met de Bredase
werkgelegenheid
b. stimuleringsmaatregelen in het kader van
werkgelegenheid voor met structurele
werkloosheid bedreigde groepen;
c. wervings- en selectiebeleid voor vesti
gen.
Deze inhoud van het overlegmodel wordt in de
concept-verordening omschreven. Artikel 2 van deze
verordening luidt namelijk:
1Het werkterrein van de adviesraad strekt
zich uit over aangelegenheden betreffende